We (Cor en Grietje van NoFear Reizen), reizen met onze Toyota Hilux 4×4 camper. Het Afrikaanse continent is het mekka voor ‘overlanden‘ met veel uitdagende routes en prachtige bestemmingen. Het eerste Afrikaanse land dat we tijdens onze reis naar Zuid-Afrika aandeden is Marokko, gevolgd door Mauritanië, Senegal, Mali, Guinee, Sierra Leone, Liberia, Ivoorkust en Ghana. Na een tussenstop in Nederland vervolgen we onze overland reis door Afrika. We reden door Togo, Benin, Nigeria, Kameroen, Gabon, Congo-Brazzaville, Angola, Zambia en Botswana.
We vervolgen het tweede deel van de overland rondreis door Namibië (het eerste deel kun je hier teruglezen). Zoals je van ons gewend bent, begin je ook nu weer met het kijken van de video.
Deel 2 liet even op zich wachten
Nadat we om medische redenen een poosje in Nederland hebben moeten verblijven pakken we de draad weer op in Windhoek. We hebben daar onze camper gestald niet ver van het vliegveld. Het opslaan van een camper of overland voertuig is geen enkel probleem. Overdekte, geventileerde, veilige ruimtes waar de eigenaar de auto soms even start of je huishoudaccu even oplaad. Goed geregeld dus!
Carnaval
In Windhoek overnachten we eerst twee dagen op de Urban campsite, waar we al eerder waren. In Windhoek is het jaarlijkse carnaval gaande. Een feest wat vooral door de Duitse/blanke bevolking wordt gevierd. De Duitsers hebben de traditie zo’n 70 jaar geleden geïntroduceerd.
Wij zijn getuige van de praalwagen-optocht wat eigenlijk meer een reclame stoet is. Vanaf de wagens worden handenvol snoep in het publiek langs de weg gegooid. De vele kinderen, maar ook volwassen stoppen hun zakken ermee vol.
Een gezellige boel.
Dan rijden we verder naar Swakopmund aan de westkust. We kiezen deze keer voor de 380 kilometer lange asfaltweg.
Onderhoud
In Swakopmund bevindt zich Namib campers, een door Duitsers gerund camperbedrijf, voor zowel onderhoud als nieuwbouw.
Hier laten we wat onderhoud uitvoeren en nieuwe zonnepanelen plaatsen, zodat we nooit weer aan de walstroom hoeven. Mits de zon een beetje schijnt natuurlijk.
Terwijl de camper bij Namib campers staat overnachten wij in een B&B. Een beetje een alternatieve locatie met super vriendelijke eigenaren. Onze kamer bestaat uit een ruimte met een bad in het midden en een douche aan de zijkant.
“The Alternative Space”, voor geïnteresseerden.
Cape Cross, enorme zeehondenkolonie
Langs de Skeleton Coast, in noordelijke richting, passeren we bij Cape cross een kolonie zeehonden. We kijken onze ogen uit, 80.000 zeehonden bij elkaar! Opvallend is de geur die de beesten produceren. Een groot deel ligt op het land, een ander deel is aan het vissen. Ook zien we veel jonge beesten welke in december geboren zijn en vaak nog zogen bij de moeders. Er zijn vele dode kleintjes die door de moeders verstoten zijn. Zij liggen te rotten tussen de rest of zijn weer voer voor zeemeeuwen.
Terwijl we met open mond staan te kijken wat hier allemaal gebeurt vliegen vele tienduizenden aalscholvers over de kustlijn in noordelijke richting. Een indrukwekkende gebeurtenis!
Messum krater
Op de weg van de kust naar de Brandberg gaan we via de Messum krater. Een ingestorte vulkaan van 130 miljoen jaar geleden toen Zuid Amerika en Afrika nog verbonden waren. Een stenig pad dwars door een droogstaande rivier leidt ons er heen.
Op geografische landkaarten of satellietfoto’s zijn de contouren van de krater goed te zien. In de praktijk valt dat vanwege de enorme omvang tegen. De doorsnee van zo’n 20 kilometer maakt het een mysterieus geheel. Daarentegen is het landschap adembenemend. Het is er zo desolaat, afgelegen en droog dat je het idee hebt op een andere planeet te zijn. Mensen komen er weinig, dieren kunnen er nauwelijks overleven. Terwijl het donker wordt genieten we van de spectaculair nachtelijke hemel. Vele duizenden sterren en kwart maantje waken vannacht over ons.
Middle of nowhere
Nadat we de Messum krater achter ons laten en de Brandberg steeds dichterbij komt realiseren we ons hoe afgelegen het gebied is.
Behalve een paar vogels hebben we al een poosje geen teken van leven gezien. Toch doemt er in de verte de contouren van een bouwwerk op. Als we dichterbij komen zien we zelfs een aantal personen rondom het huis lopen. De bewoners zijn vier volwassen mannen die er wonen. Ze zijn mijnwerkers. Ze houden zich bezig met het zoeken naar edelstenen, amethisten. Ze vertellen dat ze hier een “hard and tough life” hebben. Het is ver van de bewoonde wereld, ze schieten soms een gemsbok en het drinkwater wordt eens in de zoveel tijd per vrachtwagen aangeleverd.
Versteend hout
Verder naar noorden komen we langs een plek die ze “petrified forest” noemen, letterlijk “versteend bos”.
Het is een door de overheid gerund en beschermde plek waar versteende stukken hout, stronken kompleet met noest en schors gevonden kunnen worden. Tegen betaling krijg je een rondleiding van een half uurtje door het gebied.
De gids vertelt dat de versteende boomstronken 280 miljoen jaar oud zijn.
Ze zijn geconserveerd en versteend onder enorme hoge druk door de vele jaren heen. Overstromingen, ijstijden zouden de versteende stronken hier heen getransporteerd hebben. Allemaal moeilijk te begrijpen, het gaat ons verstand te boven.
Rivierbedding (4×4 track)
Vanuit het plaatsje Sesfontijn nemen we een bijzondere route in westelijke richting. Vanaf hier loopt de track door het diepe zand van de droogstaande Hoanib rivier. Het pad kriskrast dan via de linker-, dan weer via de rechter oever, maar meestal middendoor. Soms is het wat breder, dan weer smaller, terwijl de hoge pieken stijf naast ons de lucht in reiken, of even verder een grote open zandvlakte. De omgeving is adembenemend en genieten kent eens weer geen grenzen.
De rivier staat meestentijds kurkdroog. Maar als wij er zijn heeft hij kort geleden gestroomd. Kennelijk met behoorlijk geweld aan de takken en boomstronken te zien die zijn meegesleurd.
In de rivier groeien best veel bomen, soms eeuwenoude. En waar groen is, zijn dieren. Zo spotten we springbokken, giraffes en struisvogels.
Halverwege de track stoppen we en brengen de nacht door onder wederom, een heldere sterrenhemel. Wel op een hoger gelegen plek, je weet maar nooit als de rivier plotseling begint te stromen.
Wakker worden in de rivier
Nadat we gisteravond ons een poosje hebben vermaakt met een cape fox, die steeds rond de camper rondhing, worden we vanochtend wakker -als de zon net over de bergtoppen komt- in een adembenemende wereld van rust.
Na het ontbijt vervolgen we onze weg door de rivier.
Al vrij snel worden we verrast door een woestijnolifant, een kleiner type. We zijn getuige hoe hij met gemak een tak doorsnede van zo’n 15 centimeter afbreekt en van de blaadjes begint te eten.
Even later spotten we giraffes die zonder de boom te vernielen bij de bovenste blaadjes kunnen.
We rijden door en komen bij een plekje met de naam Amspoort, op de grens met het Skeleton NP. Het Nationale Park is hier in de noordelijke regionen verboden gebied en dus kunnen we niet verder.
We drinken hier koffie op een zeer speciale plek. Vanaf onze stoeltjes zien we baboons, een gemsbok en een kudde springbokken. De jongste aapjes zijn aan het spelen en laten zich van de zandduinen afrollen. De ochtend kan voor ons niet meer stuk, puurder gaat het niet worden.
Himba’s
Onderweg naar het dorpje Opuwo nemen we de D3707, een weg langs de Hoarusib rivier. Doordat de weg in ieder geval genummerd is denken we aan een weg met een soort basiskwaliteit. Nou, niet dus. We doorwaden diverse keren de langzaam stromende rivier, rijden over rotsen en diep zand. Een degelijke 4×4 is een absolute must hier. Inmiddels hebben we een paar dagen geen mensen gezien, totdat er plotseling een kudde geiten voor ons opduikt. En waar geiten zijn, zijn mensen! We rijden even verder en zien een nederzetting waar Himba’s leven. Himba’s zijn een van oorsprong semi-nomadisch volk, maar hebben zich nu wat vaster gesetteld. Het meest opvallend zijn de vrouwen die steevast traditioneel zijn gekleed/versierd. In hun haren en op hun huid smeren ze vet en oker. Hun borsten zijn ontbloot. Ze leven van hun geiten en gaan heel soms naar de stad Opuwo, welke nog 141! kilometer verderop is, vertelt onze navigatie. Sommige mannen kleden zich casual, broek met t-shirt, maar traditionele mannen dragen alleen een lendendoekje of zelfs een minirokje. We krijgen een rondleiding (een jongeman spreekt een paar woordjes Engels) door hun leefomgeving en bedanken hun met een t-shirt, een paar slippers, paracetamol en een zoutoplossing voor een ziek kind.
(Foto’s gepubliceerd met toestemming betrokkenen)
Herero’s en andere stammen
Wij gaan verder en stoppen later nog even bij de rivier om een kop koffie te drinken. Dan zien we dat we voor het eerst in 110.000 kilometer een lekke band hebben. Geen wonder met de omstandigheden hier! Scherpe stenen zijn absoluut de oorzaak. Omdat het een heel klein gaatje betreft kunnen we zelf met eigen compressor de band weer oppompen. Dit herhalen we om de 20 kilometer en zo bereiken we Opuwo. Daar vinden we direct een werkplaats waar een paar jonge jongens zeer efficiënt in 20 minuten onze band lappen! Het scheelt ons de reserveband te gebruiken bij 43 graden!
In het stadje Opuwo leven diverse traditionele stammen samen. Naast de al eerder beschreven Himba’s zie je hier ook veel Herero’s. Een volkje waarvan de vrouwen zichzelf, geheel volgens traditie, het meest opvallend kleedt.
We maken een rondje door het dorp en spreken diverse mensen. Het blijkt dat de diverse verschillende stammen hier gemoedelijk en vreedzaam samen leven. Iemand in een armoedige buitenwijk vertelt ons dat mannen en vrouwen van verschillende stammen met elkaar trouwen. Z’n moeder is een Himba en z’n vader een Herero.
Epupa falls (watervallen)
Onderweg naar Epupa stoppen we voor een lunchpauze onder een grote boom en eten samen met mannen van de plaatselijke Zemba stam een broodje.
In het uiterste noorden van Namibië, waar de Cunene rivier de grens met Angola markeert bezoeken we de Epupa watervallen. Het water valt er zo’n 37 meter naar beneden. Watervallen zijn altijd spectaculair, zo ook deze.
Rondom de waterval zijn een aantal goed geoutilleerde campings. De plaatselijke bevolking welke ook hier uit diverse stammen bestaat profiteert van het toenemende toerisme rondom de watervallen.
Ons enthousiasme wordt de volgende ochtend nog groter als we bij zonsopkomst een wandeling door het gebied maken. Wat een natuurschoon. We spreken even met een local en hij vertelt dat ze het toerisme kleinschalige willen houden. De entourage leent zich er hier niet voor om enorm commercieel uitgebuit te worden, maar laten we hopen dat het gebied z’n oorspronkelijke pracht behoud!
Etosha NP
Een van de bekendste Afrikaanse parken, de bekendste van Namibië. Het nationale park met Afrika’s grootste oppervlakte, kunnen we natuurlijk niet overslaan. Zo denken veel toeristen er ook over en dus verwachten we veel drukte. Maar in een park welke zo groot is als half Nederland verdeeld het zich ook weer snel.
Onze eerste indruk van Etosha is dat alles (goed) geregeld is.
De gravelroads zijn in goede staat evenals de bewegwijzering. In de praktijk betekent dat er nauwelijks avontuurlijke zijpaden zijn, overal waar je komt is het veel bereden. Op de campings en luxe resorts wordt niets aan het toeval overgelaten. Als je van accommodatie naar accommodatie en van waterhole naar waterhole rijdt tref je steeds weer dezelfde mensen.
Nee, voor een spannend avontuur diep in bush-bush moet je niet in Etosha zijn.
Toch valt er veel te genieten. Voornamelijk bij de drinkplaatsen vindt je enorme aantallen wilde dieren. Gemsbokken, kudu’s, zebra’s, wildebeesten, olifanten en giraffes in grote aantallen om maar wat te noemen.
Op de grote vlaktes zien we enorme kuddes springbokken en bij een waterhole is een “black backed jackal” op vogels aan het jagen. Een andere waterhole met de naam “Olifantsbad” doet zijn naam eer aan. Talloze olifanten, inclusief hele kleine, drinken en spelen hier. Een magnifiek schouwspel.
En dan…vlak voor het moment dat we het park zouden verlaten spotten we een cheeta. Hij/zij ligt heerlijk onder een boom te rusten. We zijn er even stil van. Wow…een echte cheeta.
Kamrav guestfarm
Onderweg naar onze volgende bestemming, het Waterberg Plateau, slapen we nog een nachtje bij een boerderij. Tsjonge, wat een andere setting dan de commerciële campings in Etosha. We worden door de vrouw des huizes ontvangen met koffie en gebak alsof we familie zijn. We kunnen op haar goed onderhouden erf staan welke op een licht heuveltje ligt. Er is hier een zwembad en een absoluut fantastisch uitzicht richting de 2000 hectare grond die ze er bezit.
Vanaf onze relaxstoel en vanuit het zwembad zien we diverse wilde dieren drinken bij de drinkbak.
Waterberg Plateau
Na een koele nacht worden we wakker met de geur van de donkeyboiler (= op hout gestookt metalen vat, soms oude gasfles, waarin water wordt verwarmd) en beginnen met een duik in het zwembad. Wat een paradijsje hier.
Na een lekker warme douche ontbijten we met het meest fantastische uitzicht wat je je kunt wensen.
Maar, we vinden dat het tijd is verder te gaan. We bezoeken het Waterberg Plateau, een verhoogd landschap welke met stijle rotswanden zo’n 200 meter boven de rest van landschap uitsteekt.
In het beschermde park leven zowel zwarte als witte neushoorns. We verblijven er op een privé lodge en maken diverse wandelingen zowel met als zonder gids. Het gebied is door de natuurlijke waterbronnen veel natter dan andere delen van Namibië. Daardoor groeien er vele planten en bomen die we al lange tijd niet hadden gezien. Een ware oase!
Op weg naar Fish River Canyon
We maken een grote stap en rijden via Windhoek naar het uiterste zuiden van Namibië, waar zich de op één na grootste canyon ter wereld bevindt….Fish River Canyon. Alleen de Amerikaanse Grand Canyon is groter.
Op de weg ernaartoe overnachten we nabij de Nauta Dam, een waterreservoir ten zuidwesten van Keetmanshoop. De lucht is hier zo helder dat we nog nooit zoveel sterren hebben gezien…duizenden! De dam is gebouwd als waterbuffer voor omliggende boerderijen. Zo is er een enorme dadel plantage.
Fish River Canyon
De Canyon loopt van noord naar zuid en eindigt bij het plaatsje Ai-Ais. Het water van de rivier komt uit in de Oranjerivier welke weer de grens met Zuid Afrika vormt. Er zijn verschillende uitzichtpunten.
Elke keer bij een geologie’s fenomeen als deze, worden we even stil. De geschiedenis gaat hier 2000 miljoen jaar terug, toen Afrika en Zuid Amerika nog aan elkaar vast zaten. Wij kunnen ons er geen voorstelling bij maken. We genieten des te meer van wat de erosie hier met de aarde heeft gedaan, onvoorstelbaar, wat mooi!
Op het laatste uitzichtpunt -waar nog nauwelijks toeristen komen- eten wij onze lunch met een heerlijk kop koffie en een subliem uitzicht.
Oranjerivier
We vervolgen onze route zuidwaarts door een adembenemend landschap. De Fish River Canyon mag dan wel z’n naam hebben maar de weg naar de Oranjerivier is minstens zo spectaculair.
En dan opeens eens, vanuit het kurkdroge landschap, doemen er opeens groene druivenvelden op. Kaarsrechte percelen langs de rivier. Ja, hier maakt men handig gebruik van het beschikbare water.
Op een heuvel waar we met onze 4×4 bovenop kunnen komen hebben we een fantastisch overzicht over de omgeving en brengen we de nacht door.
Via een brug over de Oranjerivier verruilen we Namibië voor Zuid Afrika…met een beetje pijn in ons hart. Op naar nieuw avontuur!