We zijn weer onderweg! We hebben de 4×4 camper op de ferry gezet naar de Faeröer eilanden en reizen daarna door naar IJsland. De Faeröer eilanden behoren tot het grondgebied van Denemarken en vanuit Hirtshals maken we de overtocht. Hirtshals is een plaats waar de activiteit rondom de haven een belangrijke plaats inneemt. Industrie, zeevracht en enorme windturbines bepalen de horizon. De ferry heeft als eindbestemming IJsland maar onderweg verlaten we de boot een aantal dagen om eilanden groep Faeröer te bezoeken. Na IJsland gaan we terug naar Noorwegen om daar via de fjordenkust noordelijker naar Tromso te reizen, maar daarover later meer.
De ferry overtocht naar de Faeröer eilanden
De boottocht over de Noord-Atlantische oceaan naar de Faeröer eilanden is er één om niet snel te vergeten. We maken mee hoe vreselijk groot en machtig de Atlantische Oceaan is.
De ferry MS Norrona is een fantastische boot. Voorzieningen zijn ruim aanwezig en alles lijkt nieuw na een recente renovatie. Maar de harde wind, die regelmatig stormkracht bereikt bepaald het gevoel. De golven “spelen” met het vele tonnen wegende schip. En wij, wij zijn veroordeeld tot het languit op onze bedden liggen. In die positie heeft de deining het minst effect op onze maaginhoud.
Na bijna 50 uur worden we weer herenigd met onze 4×4 camper die een paar dekken lager staat en bereiken we de haven van de Faeröer eilanden in de hoofdplaats Tórshavn.
Lees ook: Ferry naar Noorwegen vanaf Groningen (Eemshaven) | April 2022
Camping Giljanus
Doordat we later dan gepland aanmeren is het inmiddels pikkedonker geworden. Navraag leert ons dat er op de gehele eilandengroep maar één camping is geopend. Na een half uurtje sturen bereiken we de “camping”. Het blijkt een hostel te zijn met de naam Giljanus waar op het parkeerterrein gekampeerd mag worden. We mogen de sanitaire voorzieningen van het hostel gebruiken. Dat is dan mooi geregeld.
De volgende ochtend, als het langzaam licht wordt, zien we voor het eerst de contouren van het landschap: half besneeuwde rotsen steken soms loodrecht ver boven het zeewateroppervlak uit en golven beuken onophoudelijk tegen de rotswanden. Wat een machtig spektakel, we gaan hier nog veel plezier beleven.
50.000 inwoners en veel schapen
Op de Faeröer wonen zo’n 50.000 mensen waarvan 40% in de hoofdstad Torshavn. Het totale landoppervlakte is vergelijkbaar met de provincie Utrecht. Op de eilanden vind je geen bomen…nog geen struikje, alleen gras en mos.
De steile hellingen worden begraast door een enorme populatie schapen. Schapen zijn overigens bijna heilig voor de inwoners…rijd geen schaap aan, want dat kost je veel geld.
Weggespoelde wegen
Via de goed onderhouden asfaltwegen rijden we wat rond om een eerste indruk te krijgen. Zo komen we bij het dorpje Gasadalur. Hier slaan golven stuk op rotsen. We hebben vele kusten gezien, maar het geweld wat de zee hier laat zien is overweldigend. We rijden verder over rustige kronkelwegen naar het meest afgelegen dorp van de eilanden: Saksun.
Hier wonen 8 mensen. We lopen er even rond en genieten van de rustige sfeer nu er geen toeristen zijn.
Volgens een folder is er bij het dorp Eidi een camping open. Maar daar aangekomen blijkt dat er 2 dagen geleden een overstroming heeft plaatsgevonden. Het is een behoorlijke ravage en de toegangsweg is weggeslagen. We besluiten maar op de weg te gaan wildkamperen. Nood breekt wet.
Regen en wind
Het is niet alleen maar pret op de Faeröer in de winter…soms regent het…de hele dag. De tweede dag van ons verblijf valt dus een beetje in het water. Toch gaan we er op uit om de Panorama-weg van Eidi naar Gjogv te rijden. Door de regen zijn de uitzichten beperkt, maar wat wel zien is indrukwekkend.
Tijdens het stijgen op de verlaten winterse bergweg gaat de regen vrij snel over in sneeuw. Op de steile stukken wordt de uitdaging steeds groter…te groot. De smalle weg is nauwelijks meer van de berm te onderscheiden. Ondanks dat onze 4×4 camper goed uitgerust is, besluiten we toch om te keren.
We belanden in een dorpje met de naam Vidareidi, waar een vriendelijke bewoner ons vertelt er geen moeite mee te hebben als we onze camper een nachtje op het parkeerterrein voor z’n woning parkeren.
Op de 18 Faeröer eilanden zijn de wegen overigens erg goed onderhouden. Er zijn een aantal tunnels die eilanden verbinden. Voor drie van deze tunnels moet tol worden betaald, dat kan alleen online.
Kirkjubøur
Deze historische nederzetting op het eiland Streymoy ademt vooral rust uit. Kirkjubøur ligt aan het eind van een doodlopende weg en de meeste van het kleine aantal huizen zijn zwart met rode kozijnen en hebben grasdaken.
In het dorp staat een boerderij welke inmiddels 18 generaties door dezelfde familie wordt bewoond. Volgens een legende is het gebouwd van aangespoeld hout, welke een schip verloren zou hebben. Nadat we ons van de historische achtergrond op de hoogte hadden gesteld maken we nog een wandeling over de steile berghellingen en krijgen daarmee een indrukwekkend overzicht van de ruwe rotsen met de daar tegen aan slaande golven.
Tórshavn
Op de laatste dag van ons bezoek aan de Faroër eilanden nemen we een kijkje in het hoofdstad. Eén van de kleinste hoofdsteden ter wereld, dat maakt het juist zo bijzonder. De knusse dorpse sfeer met toch een behoorlijk winkel- en voorzieningenaanbod is wellicht één van de redenen dat de bewoners van deze afgelegen eilanden hier graag blijven. Even naar een andere stad gaan kost je immers een boottocht van minimaal 2 dagen. Het oude deel van de stad waar ondermeer het uit de 9e! eeuw stammende parlement nog steeds op het schiereiland Tinganes zetelt zit vol historie en is daarmee een bezoekje meer dan waard.
We kijken even rond in de haven waar men druk doende is met de overslag van containers en realiseren ons dat verreweg alles wat een mensenleven aangenaam maakt aangevoerd moet worden. Schapenvlees, lamsvlees en vis zullen de belangrijkste exportproducten zijn.
Voor een kop koffie, een lokaal biertje of heerlijk zelfgemaakt taartje kunnen we café Paname aanbevelen. Dit familiebedrijf zit midden in het centrum in een historisch gebouw met grasdak en is door de vriendelijke sfeer en al het lekkers zeker een bezoekje waard.
Door naar IJsland
Twee dagen voor vertrek ontvangen we een SMS’je van Smyril Line met de mededeling dat wegens weersomstandigheden de ferry een dag eerder vertrekt. Dit om een storm op zee voor te zijn. Jammer dat ons winterse bezoek daarmee een dag ingekort word.
De Faeröer eilanden worden ’s winters door weinigen bezocht. Toch hebben wij juist in deze periode kunnen zien hoe het leven er eruit ziet op deze afgelegen eilandengroep. Van de aanwezige campings op de Faeröer hebben we er eentje kunnen vinden welke geopend was. De overige nachten hebben we “wild” doorgebracht wat op zich verboden is en we hier niet willen promoten. Eigenlijk was ons bezoek te kort. Wanneer je met de ferry op weg bent naar IJsland kun je best een weekje “afstappen”.
Inmiddels zijn we met de ferry gearriveerd in IJsland, daarover meer in de volgende blog!